Op het hok bij Fred Loogman
Al op jonge leeftijd kwam deze vogelliefhebber die in Barneveld woonachtig is in contact met kooi- en volièrevogels. Als kleuter keek hij vol bewondering naar de pietjes van zijn oom Jan, die kanaries kweekte. Op 10 jarige leeftijd, in toenmalge woonplaats Purmerend, kreeg hij zijn eigen hok met parkieten die een plekje in de tuin hadden. Later werden die, inclusief hok, geruild tegen zebravinken bij
Vogelhandel Barend Cruijff, destijds een begrip in de regio. Ook de bekende Lutinokweker Harrie Aardema schafte daar zijn eerste vogels aan.Fred hield er tevens een part-time baantje aan over, dat kon toen op die leeftijd, en hielp Barend met het voeren in de winkel en ging ook mee naar markten. Na weer een verhuizing werd er in Beverwijk op zolder een grote volière gebouwd waar verschillende tropische vogels in gehuisvest werden zoals blauwfazantjes, napoleonnetjes, zebravinken etc. Maar toen de middelbare school afgerond was lonkte het ruime sop en werden de vogels weggedaan. Zo’n 8 jaar later leerde hij een jongedame kennen waar thuis een volière met kromsnavels stond, waaronder
kakariki’s. Dus toen hij kort daarop als pionier in Almere ging wonen, werd er daar op zolder weer een tweetal vluchten gebouwd waar in één ervan een koppel kakariki’s gehuisvest werd. Tja, een koppel dacht hij; het waren inderdaad man en pop, maar
de man was een roodkop en de pop een geelkop. Ook kwamen er jongen en die hadden een oranje kop. Met een bevriend liefhebber die ook lid was van de NBvV
gaan kijken waar er juiste partners te koop waren en zo kwamen we in Ede terecht, En laat die kweker nu ook een aantal vluchten met Engelse parkieten hebben! Dat was liefde op het eerste gezicht en er werden geen kakariki’s maar parkieten meegenomen. Toen ging het snel; in Almere was helemaal niets maar in Weesp woonde een serieus kweker, Jan van Asselt. Die nam hem mee naar de speciaalclub in N-H en maakte hem daar direct 2 e secretaris. In die jaren beleefde de kromsnavelsport verschillende hoogtepunten. De PSC Noord Holland hield de ledenavonden in Amsterdam en het vermelden waard is de Europashow in de RAI in Amsterdam. Niet alleen van parkieten, maar allerlei kleindieren en inzenders kwamen echt uit heel, toen nog West, Europa.
Eind 1983 werd er voor de laatste keer verhuisd en wel naar Barneveld. Daar direct aangemeld bij de vogelvereniging Kweeklust en in de Parkieten Speciaal Club de overstap gemaakt naar regio Gelderland. Daar hadden ze wel een andere naam, namelijk Gelderse Parkieten Federatie. Al snel ook hier hand en spandiensten bij het bestuur verricht en dat is tot op de dag van vandaag zo gebleven. Het vogelverblijf van Fred is in een deel van de schuur opgebouwd, onder
architectuur van Ate Atema die ook de bouw voor rekening heeft genomen. Hier bevinden zich 22 broedkooien en twee kleine vluchtjes. Ook is er een verrijdbaar meubel waar 5 afzetkooitjes in zijn alsmede een opbergla voor kweekadministratie. In de tuin 2 volières van 3,5 mtr; één voor de mannen en één voor poppen. Fred houdt ze buiten de broed graag gescheiden om zo liefdeskoppels te voorkomen.
Bij voorkeur elke twee jaar gaan Fred en ega voor een periode naar Australië, waar hun zoon woonachtig is. Natuurlijk doe je dat niet zo maar voor een paar weken, want daar zijn vliegtickets te kostbaar voor. Meestal duurt zo’n verblijf 3 maanden en dan blijven ze niet alleen in de stad, maar kruisen met een kleine camper een flink deel van het oostelijk deel van het land door. Natuurlijk is dat genieten want het
wemelt er ook van veel vogels, waarvan een flink deel kromsnavels. Regelmatig zien ze er soorten die in Nederland €1000,- per stuk kosten en daar dus zo rondvliegen. Liefhebbers die Standaard grasparkieten willen aanschaffen kunnen altijd informeren of er nog vogels mogen verhuizen. Dat kan dan tegen sportieve prijzen.
Vogelhandel Barend Cruijff, destijds een begrip in de regio. Ook de bekende Lutinokweker Harrie Aardema schafte daar zijn eerste vogels aan.Fred hield er tevens een part-time baantje aan over, dat kon toen op die leeftijd, en hielp Barend met het voeren in de winkel en ging ook mee naar markten. Na weer een verhuizing werd er in Beverwijk op zolder een grote volière gebouwd waar verschillende tropische vogels in gehuisvest werden zoals blauwfazantjes, napoleonnetjes, zebravinken etc. Maar toen de middelbare school afgerond was lonkte het ruime sop en werden de vogels weggedaan. Zo’n 8 jaar later leerde hij een jongedame kennen waar thuis een volière met kromsnavels stond, waaronder
kakariki’s. Dus toen hij kort daarop als pionier in Almere ging wonen, werd er daar op zolder weer een tweetal vluchten gebouwd waar in één ervan een koppel kakariki’s gehuisvest werd. Tja, een koppel dacht hij; het waren inderdaad man en pop, maar
de man was een roodkop en de pop een geelkop. Ook kwamen er jongen en die hadden een oranje kop. Met een bevriend liefhebber die ook lid was van de NBvV
gaan kijken waar er juiste partners te koop waren en zo kwamen we in Ede terecht, En laat die kweker nu ook een aantal vluchten met Engelse parkieten hebben! Dat was liefde op het eerste gezicht en er werden geen kakariki’s maar parkieten meegenomen. Toen ging het snel; in Almere was helemaal niets maar in Weesp woonde een serieus kweker, Jan van Asselt. Die nam hem mee naar de speciaalclub in N-H en maakte hem daar direct 2 e secretaris. In die jaren beleefde de kromsnavelsport verschillende hoogtepunten. De PSC Noord Holland hield de ledenavonden in Amsterdam en het vermelden waard is de Europashow in de RAI in Amsterdam. Niet alleen van parkieten, maar allerlei kleindieren en inzenders kwamen echt uit heel, toen nog West, Europa.
Eind 1983 werd er voor de laatste keer verhuisd en wel naar Barneveld. Daar direct aangemeld bij de vogelvereniging Kweeklust en in de Parkieten Speciaal Club de overstap gemaakt naar regio Gelderland. Daar hadden ze wel een andere naam, namelijk Gelderse Parkieten Federatie. Al snel ook hier hand en spandiensten bij het bestuur verricht en dat is tot op de dag van vandaag zo gebleven. Het vogelverblijf van Fred is in een deel van de schuur opgebouwd, onder
architectuur van Ate Atema die ook de bouw voor rekening heeft genomen. Hier bevinden zich 22 broedkooien en twee kleine vluchtjes. Ook is er een verrijdbaar meubel waar 5 afzetkooitjes in zijn alsmede een opbergla voor kweekadministratie. In de tuin 2 volières van 3,5 mtr; één voor de mannen en één voor poppen. Fred houdt ze buiten de broed graag gescheiden om zo liefdeskoppels te voorkomen.
Bij voorkeur elke twee jaar gaan Fred en ega voor een periode naar Australië, waar hun zoon woonachtig is. Natuurlijk doe je dat niet zo maar voor een paar weken, want daar zijn vliegtickets te kostbaar voor. Meestal duurt zo’n verblijf 3 maanden en dan blijven ze niet alleen in de stad, maar kruisen met een kleine camper een flink deel van het oostelijk deel van het land door. Natuurlijk is dat genieten want het
wemelt er ook van veel vogels, waarvan een flink deel kromsnavels. Regelmatig zien ze er soorten die in Nederland €1000,- per stuk kosten en daar dus zo rondvliegen. Liefhebbers die Standaard grasparkieten willen aanschaffen kunnen altijd informeren of er nog vogels mogen verhuizen. Dat kan dan tegen sportieve prijzen.